Search

Workshop Playful Design and Playful Learning voor Leren Doe Je Samen (samenwerkingsverband educatieve ontwikkelaars natuurmusea)

Publieksparticipatie begeleiden is een essentieel aspect van participatieve voorstellingen. Dit boekje reflecteert over het vermogen van de performer om publieksparticipatie te begeleiden. Meer specifiek gaat het over het tactisch vermogen van de performer - d.w.z. het vermogen een gesprek te houden met de situatie - als een cruciale katalysator voor de esthetiek van participatieve voorstellingen.

In soccer, critical match events like goal attempts can be preceded by periods of instability in the balance between the two teams' behaviours. Therefore, we determined periods of high variability in the distance between the teams' centroid positions longitudinally and laterally in an international-standard soccer match and evaluated corresponding match events. Position data were collected with AMISCO Pro®. Inter-team distance variability was calculated over a 3-s moving window. Out of the 242 match periods that exceeded the variability criterion, 51 were dead-ball situations. Match events identified through longitudinal inter-team distance primarily related to defending players moving forward-backward after a longitudinal pass. Match events identified through lateral inter-team distance mainly corresponded with defending players moving laterally following sideways passing. One of two goals and two of fourteen goal-attempts were preceded by a period of high variability. Together, periods of highly variable inter-team distance were associated with collective defensive actions and team reorganisation in dead-ball moments rather than goals or goal attempts. Inter-team dynamics quantified (mutual) reorganisation of the teams and marked teams' collective defensive ability to respond to attacking explorations. doi: 10.1080/02640414.2012.703783

Tactical performance analysis in soccer by measuring inter-team coordination Presentatie: Invited symposium at the 19th annual Congress of the European College of Sport Science (ECSS), 2 - 5 July 2014, Amsterdam, the Netherlands Analyses van patronen tactische prestaties bij voetbalteams Tactical analysis of positional data of a Champions League match

(Tactical) representativeness of small-sided games for full-sized matches Presentatie: Invited symposium at the 19th annual Congress of the European College of Sport Science (ECSS) 2 - July 2014, Amsterdam, the Netherlands. Tactische analyses van kleine partijspelen en echte wedstrijden. Small-sided games (SSG) are played on smaller pitches with a smaller number of players with regular or adapted rules and are normally implemented in training programs. SSG’s expose players to situations they encounter frequently in real matches. Therefore, it is likely to be an effective training exercise for improving players' physical, technical, and tactical capacities required in real matches. Technological developments facilitate in-game data collection via high-quality positional data obtained through video- or sensor-based tracking technologies. Yet, limited evidence is available for the actual "representativeness" of SSG’s for full-sized matches. In particular the interaction process between two teams. Several variables have been proposed to quantify the interaction process based on positional data, including length-width ratios, stretch indices, centroid positions and inter-team distances (e.g. Folgado et al., 2014; Frencken et al., 2013). A recurrent observation is that teams’ positions are most strongly entrained strongest in longitudinal direction (goal-to-goal) in SSG’s and real matches. As such, this direction seems to be the dominant direction of play. In addition, prior to goals and goal-scoring opportunities a swapping of centroid positions occurs in 53% of the occasions. The same, less prominent pattern was found prior to 21% of goal-scoring opportunities in a full-sized soccer match. These findings indicate tactical representativeness between SSG’s and full-sized matches. Contrastingly, research demonstrates that pitch size affects the spatio-temporal interaction pattern between teams, i.e a shorter pitch increases longitudinal in-phase movement of teams’ centroids. In addition, a crossover effect of length and width manipulations of pitch size was observed, i.e. changes in pitch length or width initiate a response by teams’ behaviour both longitudinally and laterally. Moreover, differences are observed in interaction patterns between age-categories (U19 vs U17 and U13 vs U11 vs U9) when controlled for pitch size (e.g. Folgado et al., 2014). No such evidence has been provided at match level until now. Therefore, it can be concluded that current evidence is inconclusive and incongruent until now. Research towards tactical, technical and physical representativeness is warranted and should focus on the relative contribution of individual players in tactical team performance and comparisons of team-tactical interaction patterns.

Als gevolg van de rampspoeddag 9/11 zijn er veranderingen in taktiek en strategie te onderkennen binnen de Nederlandse krijgsmacht, maar de meeste veranderingen waren al eerder ingezet of hooguit door 9/11 in een stroomversnelling gekomen. De auteurs gaat hem om het beschrijven van de ontwikkeling die de Nederlandse krijgsmacht in algemene zin heeft doorgemaakt na het einde van de Koude Oorlog om, in het kader van de crisisbestrijding, overal ter wereld flexibel te kunnen worden ingezet. Ze laten zien dat als gevolg van deze transformatie de krijgsmacht steeds actiever betrokken is geraakt bij nation building. Verder komt naar voren dat er een sterke relatie bestaate tussen nation building en terrorisme-bestrijding. Op basis van de ervaringen opgedaan tijdens de ISAF-missie in Afghanistan wordt uitgelegd welke gevolgen deze relatie heeft gehad voor het operationele optreden van de Nederlandse krijgsmacht.

Als gevolg van de rampspoeddag 9/11 zijn er veranderingen in taktiek en strategie te onderkennen binnen de Nederlandse krijgsmacht, maar de meeste veranderingen waren al eerder ingezet of hooguit door 9/11 in een stroomversnelling gekomen. De auteurs gaat hem om het beschrijven van de ontwikkeling die de Nederlandse krijgsmacht in algemene zin heeft doorgemaakt na het einde van de Koude Oorlog om, in het kader van de crisisbestrijding, overal ter wereld flexibel te kunnen worden ingezet. Ze laten zien dat als gevolg van deze transformatie de krijgsmacht steeds actiever betrokken is geraakt bij nation building. Verder komt naar voren dat er een sterke relatie bestaate tussen nation building en terrorisme-bestrijding. Op basis van de ervaringen opgedaan tijdens de ISAF-missie in Afghanistan wordt uitgelegd welke gevolgen deze relatie heeft gehad voor het operationele optreden van de Nederlandse krijgsmacht.