1,571 results on '"kooldioxide"'
Search Results
2. Structure−Performance Relationships of Copper and Post−Transition Metals in Electrochemical CO2 Reduction
- Author
-
Yang, Shuang and Yang, Shuang
- Abstract
This PhD thesis delves into electrochemical CO2 reduction reactions (eCO2RR), aiming to convert CO2 into valuable chemicals and fuels for environmental sustainability. Chapter 1 introduces the motivation and challenges of eCO2RR, highlighting the low product selectivity and limited understanding of electrocatalyst design. Transition metal Cu is capable of producing C2+ products, but often with low product selectivity and high hydrogen production, while post-transition metals exhibit high selectivity for formic acid production and good hydrogen suppression ability. The thesis combines Cu with post-transition metals as electrocatalysts in eCO2RR and employs multiscale in situ characterization techniques to investigate the structure-performance relationship involved. In Chapter 2, CuxPby electrocatalysts are synthesized from industrial residue Fayalitic slags, with Cu to Pb ratios varied. This tuning improves CO selectivity, revealing a volcano-shaped relationship with the Cu/Pb ratio. Cu9.20Pb0.80 demonstrates a two-fold increase in CO selectivity compared to pure Cu, while excessive Pb hinders CO production. In situ Raman Spectroscopy underscores the importance of the reducibility of Cu+ and Pb2+ in enhancing CO selectivity. Chapter 3 focuses on Sn-doped CuO electrocatalysts, showing enhanced CO2 to CO formation compared to pure CuO. CuO−0.4%Sn achieves 98.0% CO selectivity at -0.75 V vs. RHE, suppressing H2 production to 2.0%. In situ Raman Spectroscopy and in situ XRD reveal catalyst activation, indicating Sn-doping inhibits the Hydrogen Evolution Reaction (HER) and enhances CO generation. Chapter 4 explores Bi-based electrocatalysts, specifically layered Bi oxyhalides (BiOX). BiOBr achieves 91.0% formic acid Faradaic Efficiency (FE) at -1.05 V vs. RHE, with in situ characterization uncovering structural transformations during catalysis. Different halides influence facet exposure, with the Bi(003) facet in BiOBr being more selective for formic acid formation. In si
- Published
- 2024
3. Koolstofverwijdering voor klimaatbeleid : Analyse van behoefte, aanbod en beleid voor negatieve emissies in Nederland
- Author
-
Kampman, B., Kruit, K., Toorn, E. van den, Vries, M. de, Grinsven, A. van, Voulis, N., Groenewegen, H., Veen, R. van der, Rycroft, L., Neele, F., Kampman, B., Kruit, K., Toorn, E. van den, Vries, M. de, Grinsven, A. van, Voulis, N., Groenewegen, H., Veen, R. van der, Rycroft, L., and Neele, F.
- Abstract
Negatieve emissies of koolstofverwijdering — processen waarbij broeikasgassen uit de atmosfeer permanent of langdurig worden verwijderd — worden steeds vaker gezien als een onderdeel in de gereedschapskist voor klimaatbeleid. Zo zijn in alle scenario’s van het IPCC negatieve emissies nodig om klimaatneutraliteit in 2050 te bereiken. Dit onderzoek, in opdracht van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, brengt de technische en beleidsmatige aspecten van dit onderwerp in kaart. Het geeft een actueel beeld van de toekomstige behoefte, aanbod en mogelijke tijdpaden voor negatieve emissies, gaat in op de rol van CCS, en geeft inzicht in de behoefte aan en de opties voor beleid.
- Published
- 2023
4. Leer meer over de 'stille' gevaren op een landbouwbedrijf - deel 1: mestgassen
- Abstract
Op een landbouwbedrijf is er altijd veel leven in de brouwerij, of boerderij. Toch zijn er jaarlijks heel wat ongevallen, vaak met dodelijke afloop… en dat heeft lang niet altijd met het gebruik van zware machines te maken, er zijn ook veel ‘stille’ gevaren, zoals mestgassen.
- Published
- 2023
5. CO2-prestatieladder : Voortgangsrapportage 2022
- Author
-
Moerman, R. and Moerman, R.
- Abstract
Het klimaat verandert. Om te kunnen anticiperen op de veranderingen, is het van groot belang dat de uitstoot aan broeikasgassen sterk wordt gereduceerd. Waterschap De Dommel streeft dan ook naar een klimaat neutrale bedrijfsvoering in 2035. Energie-efficiency en opwekking van duurzame energie is daar onlosmakelijk aan verbonden. Met de voorliggende voortgangsrapportage wordt jaarlijks inzicht gegeven in de huidige CO2-uitstoot van de organisatie, de energiehuishouding en de behaalde resultaten. Deze voortgangsrapportage wordt mede opgesteld in het kader van de CO2- prestatielade. Dit is de eerste rapportage na de certificering van de organisatie in 2022.
- Published
- 2023
6. Carbon Accounting for fuels : renewable fuels for heavy transport (NL ondertitels)
- Abstract
Short clip about Carbon accounting.
- Published
- 2023
7. Carbon Accounting for fuels : renewable fuels for heavy transport
- Abstract
Short clip about Carbon accounting.
- Published
- 2023
8. CO2 Capture and H2 Production: Assessment of Two Key Components for Synthetic Renewable Fuels
- Author
-
Grimm, Alexa, Sustainable Energy Supply Systems, Kramer, Gert Jan, Gazzani, Matteo, and University Utrecht
- Subjects
adsorptie ,kooldioxide ,Synthetic fuels ,solar hydrogen ,Synthetische brandstoffen ,adsorption ,waterstof van zonne-energie ,direct air capture ,carbon dioxide ,CO2 ,foto-elektrochemische cellen ,directe opvang van lucht ,photoelectrochemical cells - Abstract
The transition toward a carbon-neutral society requires reshaping the world’s energy system. But even a world with net-zero emissions will depend on hydrocarbon fuels (but not necessarily of fossil origin), e.g., in the chemical industry or transport sector. While this requires the sequestration of CO2 from large point sources combined with storage and the application of negative emission technologies, the transition can be accelerated by implementing so-called power-to-X (PtX) technology. This technology makes it possible to convert power, in the form of renewable energy, into fuels (X) efficiently. PtX is an interesting option for the harder-to-abate sectors like aviation, maritime shipping, and the chemical industry. One possibility is using solar energy as the power source, combined with two abundant reactants, i.e., H2O and CO2, to produce carbon-neutral fuels. While technological pathways already exist to supply the two initial components, i.e., capturing CO2 from fossil power plants or the ambient air and water splitting to produce H2, the uncertainties are high regarding technical performance and economic feasibility. Therefore, the research reported in this thesis addresses the capturing and sourcing of these two critical components for producing solar hydrocarbon fuels: i) carbon dioxide obtained from the air and ii) renewable hydrogen produced from water using solar energy. The aim is to assess different routes for the supply of CO2 and H2 in terms of technological and economic performance and to identify the key challenges for bringing down the costs.
- Published
- 2022
9. CO2 Capture and H2 Production: Assessment of Two Key Components for Synthetic Renewable Fuels
- Subjects
adsorptie ,kooldioxide ,Synthetic fuels ,solar hydrogen ,Synthetische brandstoffen ,adsorption ,waterstof van zonne-energie ,direct air capture ,carbon dioxide ,CO2 ,foto-elektrochemische cellen ,directe opvang van lucht ,photoelectrochemical cells - Abstract
The transition toward a carbon-neutral society requires reshaping the world’s energy system. But even a world with net-zero emissions will depend on hydrocarbon fuels (but not necessarily of fossil origin), e.g., in the chemical industry or transport sector. While this requires the sequestration of CO2 from large point sources combined with storage and the application of negative emission technologies, the transition can be accelerated by implementing so-called power-to-X (PtX) technology. This technology makes it possible to convert power, in the form of renewable energy, into fuels (X) efficiently. PtX is an interesting option for the harder-to-abate sectors like aviation, maritime shipping, and the chemical industry. One possibility is using solar energy as the power source, combined with two abundant reactants, i.e., H2O and CO2, to produce carbon-neutral fuels. While technological pathways already exist to supply the two initial components, i.e., capturing CO2 from fossil power plants or the ambient air and water splitting to produce H2, the uncertainties are high regarding technical performance and economic feasibility. Therefore, the research reported in this thesis addresses the capturing and sourcing of these two critical components for producing solar hydrocarbon fuels: i) carbon dioxide obtained from the air and ii) renewable hydrogen produced from water using solar energy. The aim is to assess different routes for the supply of CO2 and H2 in terms of technological and economic performance and to identify the key challenges for bringing down the costs.
- Published
- 2022
10. Bijeenkomst Leerreis Nutriëntenkringloop verwaarding klimaatprestaties
- Abstract
In voorgaande bijeenkomst van community Mestverwaarding is nagegaan in hoeverre het mogelijk is om CO2-credits te verzilveren teneinde tot een betere business case van mestverwaarding te komen. Naar aanleiding van die bijeenkomst hebben verschillende bedrijven aangegeven op welk terrein zij denken dat CO2 credits behaald kunnen worden. De opties zijn gebundeld en deze opties worden vandaag in meer detail besproken. NCM is als partner betrokken bij het programma Leerreis Nutriëntenkringloop en Rembert van Noort vervangt vandaag Jan Roefs die als ambassadeur van het thema Mestverwaarding optreedt. De bijeenkomst wordt verder begeleid door Oscar Schoumans (WUR) die tevens algehele projectleider van deze Leerreis Nutriëntenkringloop is.
- Published
- 2022
11. CO2-reductie van circulaire maatregelen : Verkenning van mondiale en nationale emissiereducties voor een ambitieus klimaatdoel voor de circulaire economie
- Author
-
Deen, M., Warringa, G., Deen, M., and Warringa, G.
- Abstract
Het doel van dit onderzoek is het bepalen van de broeikasgasreductie van twaalf circulaire beleidsmaatregelen op mondiale schaal in Nederland, en hoe deze vertaald kan worden naar de Klimaat en Energieverkenning (KEV) van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). De effecten zijn uitgedrukt in kton CO2-eq. voor het jaar 2030.
- Published
- 2022
12. Delfland levert vloeibare CO2 aan tuinders
- Abstract
Het Hoogheemraadschap van Delfland levert CO2 dat vrijkomt op afvalwaterzuiveringsinstallatie Houtrust, sinds kort in vloeibare vorm aan de glastuinbouw. Dit is een primeur voor een waterschap.
- Published
- 2021
13. CO2 als grondstof : kansen voor bedrijven in de Nederlandse CCU-markt
- Abstract
CO2 als Grondstof is een korte documentaire over kansen en bedrijven in de Nederlandse CCU-markt. CCU betekent carbon capture & usage en is een techniek die de CO2 recycled voor hergebruik in plastics, bouwmaterialen, chemicaliën en duurzame brandstoffen. In de documentaire gaan we in op de pioniers, projecten, bedrijven, beleid, infrastructuur en de toekomst van CCU. Aan het woord komen: - Rob Kreiter (TKI Energie) - Ulco Vermeulen (Gasunie) - Joost Brinkman (Synkero) - Erica Ording (Avantium) - Dennis Medema (Glastuinbouw NL) - Peter Rowe (Deep Branch)
- Published
- 2021
14. Gevonden : De zevende route : Van CO2 naar organische stof
- Author
-
Sikkema, A. and Sikkema, A.
- Abstract
Sommige bacteriën en archaea kunnen groeien met kooldioxide (CO2) als enige koolstofbron, net als planten. Ze zetten CO2 om naar organische stof via zes verschillende routes en sinds tientallen jaren zochten biologen naar een zevende route. Deze zevende route werd vorig jaar gevonden door Irene Sánchez-Andrea, onderzoeker bij het Laboratorium voor Microbiologie van WUR.
- Published
- 2021
15. Vromans Kwekerijen maakt met herbruikbare tray grote efficiency-slag : Minder afval, minder potgrond, minder transportbewegingen
- Author
-
Walvaart, E. te and Walvaart, E. te
- Abstract
Duurzaamheid staat hoog in het vaandel bij Vromans Kwekerijen. Samen met M-Plastics, producent van kunststof trays voor de groene sector, zet de kweker vol in op herbruikbare trays. Er loopt momenteel een pilot met trays die de 9-centimeterpotten vervangen. Dit resulteert in minder afval, minder gebruik van potgrond en minder transportbewegingen. De aanvullende automatisering verhoogt de efficiency. Vromans kan gemakkelijker oppotten en sneller klanten beleveren en het levert arbeidsbesparing op. Sjors Vromans en Paul Schildmeijer van M-Plastics gunnen ons een blik achter de schermen van het pilotproject.
- Published
- 2021
16. Er zit beweging in de CO2-voorziening voor de glastuinbouw : Overstappen op alternatieve energie, vergt gegarandeerde toevoer van CO2
- Author
-
Rodenburg, J. and Rodenburg, J.
- Abstract
De jarenlange lobby lijkt zijn vruchten af te werpen. Dit najaar wordt hopelijk de SDE++ susidieregeling opengesteld voor projecten die CO2-afvangen en leveren aan glastuinbouwbedrijven. Ook voor afvang bij biomassa installaties wordt geld vrijgemaakt. Daarnaast lijkt samenwerking tussen Shell en Alco de bestaande levering via OCAP veilig te stellen. Maar niks is nog zeker.
- Published
- 2021
17. Klimaatbestendige akkerbouw op veengronden : Uitwerking boerderijvarianten op economie en broeikasgasemissies
- Author
-
Verstand, Daan, van der Voort, Marcel, Vijn, Marcel, Verstand, Daan, van der Voort, Marcel, and Vijn, Marcel
- Abstract
Met betrokkenen en experts uit de Veenkoloniën zijn een aantal boerderijvarianten besproken die kunnen bijdragen aan een meer klimaatbestendige akkerbouw. Vervolgens zijn enkele varianten die kansrijk worden geacht verder geanalyseerd en uitgewerkt. Voor deze varianten is een economische doorrekening en een inschatting van de effecten op broeikasgasemissie gemaakt. Op die manier kunnen varianten vergeleken worden op beide criteria, waardoor trade-offs in beeld gebracht kunnen worden. De geanalyseerde en uitgewerkte varianten zijn: de energieboerderij, met focus op zonnepanelen; de groenblauwe boerderij, waar aandacht is voor het dooraderen van het bedrijf met water en natuur; de circulaire boerderij, waar permanent grasland en/of een extensief beheer pakket een mogelijkheid is; de vezelboerderij met focus op natte teelten waarvan de producten input zijn voor de vezelindustrie; de eiwitboerderij om de veenkoloniën de eiwitschuur van Nederland te maken; en tot slot de internetboerderij, waarin met technologie de watersituatie van percelen wordt geoptimaliseerd voor gewassen en veenbehoud.
- Published
- 2020
18. Naar klimaatbestendige agrarische bedrijven op veen en moerige gronden in de Veenkoloniën
- Author
-
Verstand, Daan, Bulten, Ellen, Vijn, Marcel, Verstand, Daan, Bulten, Ellen, and Vijn, Marcel
- Abstract
Landbouwkundig gebruik van veen en moerige gronden leidt tot de uitstoot van broeikasgassen doordat veen oxideert. Dat gebeurt als de veenpakketten boven de grondwaterstand liggen. Tezamen stoten veen en moerige gronden in Nederland rond de zes megaton CO2 equivalenten per jaar uit. Binnen het Klimaatakkoord hebben alle sectoren, ook de landbouw, een opgave toegekend gekregen om een emissiereductie te realiseren. Veen en moerige gronden hebben de opgave om vanaf 2030 één megaton CO2 equivalenten minder uit te stoten per jaar. Dit rapport focust zich op mogelijkheden om bij te dragen aan de emissiereductie doelstelling van veen en moerige gronden die akkerbouwmatig gebruikt worden. Hierbij wordt er gefocust op de Veenkoloniën, waar veenpakketten in variabele diktes voorkomen en akkerbouw het gangbare landgebruik is, met bijbehorende grote ontwateringsdiepte. Dat leidt op plekken waar veel veen voorkomt tot een flinke bodemdaling van 1 a 2 cm per jaar. Dat resulteert in toenemende hoogteverschillen binnen percelen; de zandkoppen dalen niet mee, en de veenputten dalen juist steeds meer. Dit veroorzaakt droogte schade aan gewassen in droge tijden op de hoge plekken, en natschade in de lage plekken tijdens natte periodes. Het waterschap staat voor de beslissing voor de inrichting van het toekomstig watersysteem. Blijft akkerbouwmatig landgebruik, met bijbehorende lage waterstanden mogelijk? Of kunnen er andere vormen van landbouw plaatsvinden, waardoor er geen grote investeringen in het watersysteem gedaan hoeven te worden. Dit onderzoek draagt bij aan deze discussie. Er is in literatuur onderzoek gedaan naar maatregelen die de CO2 emissies van veengronden kunnen reduceren. Maatregelen zoals het onderwerken van veen en infiltratiedrainage zouden het huidige akkerbouw systeem in stand kunnen houden en tegelijkertijd een reductie van emissies realiseren. Er zijn ook maatregelen gevonden waarbij de functie akkerbouw wordt gewijzigd naar grasland, natte teelten of natte n
- Published
- 2020
19. Uitwerking boerderijvarianten op economie en broeikasgasemissies : Klimaatbestendige akkerbouw op veengronden
- Author
-
Verstand, Daan, van der Voort, Marcel, Vijn, Marcel, Verstand, Daan, van der Voort, Marcel, and Vijn, Marcel
- Abstract
In 2019 is gewerkt aan het opstellen van boerderijvarianten die passen binnen een circulaire en klimaat neutrale maatschappij. Om meer handen en voeten te geven aan de opgestelde boerderijvarianten is er nu een nadere uitwerking en verfijning uitgevoerd. Er zijn zes boerderijvarianten uitgewerkt op broeikasbasemissies en verdiencapaciteit per hectare. Gedurende het proces werd duidelijk dat enkele varianten of maatregelen uit de verkenning van 2019 niet realistisch gezien worden. Deze zijn daarom niet in de boerderij-analyses meegenomen. De volgende zes boerderijvarianten zijn op beide criteria (economie en broeikasgasemissies) beoordeeld en vergeleken met de referentie situatie in het gebied: De Eiwitboerderij, de groenblauwe boerderij, de energieboerderij, de circulaire boerderij, de vezelboerderij en de internetboerderij. Deze varianten zijn afgezet ten opzichte van de referentie situatie; akkerbouw met lage grondwaterstanden tussen de 120-160 cm onder maaiveld, waar zetmeelaardappelen, suikerbieten en zomergerst worden geteeld. De dikkere veenpakketten op deze bedrijven emitteren met de huidige lage grondwaterstanden veel broeikasgassen door de oxidatie van het veen. Doelstellingen vanuit het klimaatakkoord richten zich erop deze uitstoot te verminderen. Dit rapport presenteert inschattingen van mogelijk te realiseren emissiereducties door de toepassing van de boerderijvarianten op deze dikke veenpakketten. Veel varianten passen een ander gewas of maatregel toe op 20% van het bedrijf, omdat aangenomen is dat 20% van het oppervlakte van het bedrijf dikke veenlagen bevat. Daarnaast zijn economische cijfers zijn verzameld voor de verschillende maatregelen en alternatieve gewassen. Deze zijn uitgewerkt op saldo niveau per hectare per jaar en vervolgens toegepast in boerderijvarianten. Uit deze analyse blijkt dat de energie boerderij met zonnepanelen in vaste constructie en een verhoogd waterpeil op 20% van het bedrijf het best scoren op zowel economisch perspectief
- Published
- 2020
20. Effect mestvergisting op de emissies van broeikasgassen uit mest van melkvee : Een literatuur- en scenariostudie
- Author
-
Groenestein, K., Melse, R.W., Mosquera, J., Timmerman, M., Groenestein, K., Melse, R.W., Mosquera, J., and Timmerman, M.
- Abstract
The research in this report examines the effect of manure digestion on the carbon footprint of a dairy farm by means of a desk study and a C flow model with different scenarios. Based on the results, a number of perspectives of action for the farmer are outlined to reduce methane emissions.This study was financed by the Ministry of Agriculture, Nature and Food quality and FrieslandCampina., Het onderzoek in deze rapportage gaat in op het effect van mestvergisting op de carbon footprint van een melkveebedrijf middels een deskstudie en een rekenmodel met verschillende scenario’s. Aan de hand van de uitkomsten worden enkele handelingsperspectieven voor de veehouder geschetst om de methaanemissies te reduceren. Deze studie is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en FrieslandCampina.
- Published
- 2020
21. Materialen en grondstoffen uit hernieuwbare koolstof
- Author
-
Brand, P. van den and Brand, P. van den
- Abstract
Het kennisplatform Renewable Carbon Initiative wil de ontwikkeling van polymeren uit broeikasgas CO2 in plaats van fossiel petroleum tot commerciële producten aanjagen. Via katalyse en fermentatie kunnen met CO en CO2 nu al polyolen en ethanol gemaakt worden. Het RCI verwacht dat plastics snel zullen volgen.
- Published
- 2020
22. CO2MORROW: The role of CO2 in the agrifood sector in the transition to a cirular economy in the province of South Holland
- Author
-
Dekker, J., Roode, M. de, Vermeulen, S., Li, Y., Dekker, J., Roode, M. de, Vermeulen, S., and Li, Y.
- Abstract
The province of South Holland is a key player in the global food economy. However, its agrifood sector is currently generating unwanted outputs. CO2 emissions are the largest and most problematic output flow of this sector, causing negative externalities such as climate change and sea-level rise. Actors producing the CO2 are interlocked into a system and do not have the resources to escape this. This report uses the concept of the circular economy to design out this polluting output flow, while also taking the financial position of the actors into account. The transition to a circular agrifood economy for CO2 has to happen spatially. The available space in the province of South Holland is already under pressure to solve other major challenges, such as land degradation, climate adaptation, decreasing biodiversity and a poor urban landscape relationship. Solving all these challenges separately is inefficient and impossible.This report explores the possible synergies between mitigating those challenges and the transition towards a CO2 circular (i.e. CO2 neutral) agrifood economy, while also taking spatial justice into account. A future is envisioned of an interconnected metropolitan landscape where CO2 is stored in the form of biomass and where knowledge about a biobased economy is gained and exported to the world. A cross-subsidy CO2 exchange policy based on creating synergies with other challenges is proposed as a catalyst policy for this transition. Furthermore, specific spatial interventions in the form of setting up knowledge parks are also contributing to the transition. The agrifood sector will become much more robust and sustainable by trading CO2 together. The production of biomass mitigates other spatial challenges too, and vulnerable farmers get an additional source of income. With the proposed strategies, the province of South Holland is ready for a sustainable and cooperating tomorrow.
- Published
- 2020
23. Naar klimaatbestendige agrarische bedrijven op veen en moerige gronden in de Veenkoloniën
- Author
-
Ellen Bulten, Daan Verstand, and M.P. Vijn
- Subjects
kooldioxide ,OT Team Agriculture & Society ,methane ,klimaatadaptatie ,circular agriculture ,greenhouse gases ,carbon dioxide ,climate adaptation ,kringlooplandbouw ,OT Team Landbouw & Samenleving ,broeikasgassen ,methaan - Abstract
Landbouwkundig gebruik van veen en moerige gronden leidt tot de uitstoot van broeikasgassen doordat veen oxideert. Dat gebeurt als de veenpakketten boven de grondwaterstand liggen. Tezamen stoten veen en moerige gronden in Nederland rond de zes megaton CO2 equivalenten per jaar uit. Binnen het Klimaatakkoord hebben alle sectoren, ook de landbouw, een opgave toegekend gekregen om een emissiereductie te realiseren. Veen en moerige gronden hebben de opgave om vanaf 2030 één megaton CO2 equivalenten minder uit te stoten per jaar. Dit rapport focust zich op mogelijkheden om bij te dragen aan de emissiereductie doelstelling van veen en moerige gronden die akkerbouwmatig gebruikt worden. Hierbij wordt er gefocust op de Veenkoloniën, waar veenpakketten in variabele diktes voorkomen en akkerbouw het gangbare landgebruik is, met bijbehorende grote ontwateringsdiepte. Dat leidt op plekken waar veel veen voorkomt tot een flinke bodemdaling van 1 a 2 cm per jaar. Dat resulteert in toenemende hoogteverschillen binnen percelen; de zandkoppen dalen niet mee, en de veenputten dalen juist steeds meer. Dit veroorzaakt droogte schade aan gewassen in droge tijden op de hoge plekken, en natschade in de lage plekken tijdens natte periodes. Het waterschap staat voor de beslissing voor de inrichting van het toekomstig watersysteem. Blijft akkerbouwmatig landgebruik, met bijbehorende lage waterstanden mogelijk? Of kunnen er andere vormen van landbouw plaatsvinden, waardoor er geen grote investeringen in het watersysteem gedaan hoeven te worden. Dit onderzoek draagt bij aan deze discussie. Er is in literatuur onderzoek gedaan naar maatregelen die de CO2 emissies van veengronden kunnen reduceren. Maatregelen zoals het onderwerken van veen en infiltratiedrainage zouden het huidige akkerbouw systeem in stand kunnen houden en tegelijkertijd een reductie van emissies realiseren. Er zijn ook maatregelen gevonden waarbij de functie akkerbouw wordt gewijzigd naar grasland, natte teelten of natte natuurgebieden. Voor dikke veenpakketten in lage plekken van de Veenkoloniën zijn natte teelten en natte natuur een goede oplossing. Bij de dunnere veengronden en moerige gronden kan het onderwerken van veen tot onder de grondwaterspiegel een oplossing zijn. De maatregelen zijn gecombineerd in een zestal ontworpen boerderij-varianten, elk met een specifieke focus. Deze zes zijn; internetboerderij, circulaire boerderij, koolstofboerderij, recreatieboerderij, veenproductenboerderij en de water- en energieboerderij. Zo biedt de internetboerderij technische oplossingen om het huidige systeem beter en fijnmaziger in te richten met infiltratiedrainage, terwijl de veeproductenboerderij zich op natte teelten als cranberries en lisdodde richt. Alle varianten zijn door experts gescoord op een aantal milieukundige en sociaal economische factoren, met een diffuus beeld als resultaat; de ene variant scoort erg goed op een reductie van emissies (de koolstofboerderij), terwijl de andere bijdraagt aan de verdiensten van de landbouw (internet boerderij). Helder is dat het gebied om maatwerk vraagt en er niet één maatregel of boerderij variant is die in het hele focus gebied toegepast kan worden. Dat komt mede door de variatie aan veendikte in ruimtelijke zin en omdat de boerderijvarianten nichemarkten aan zullen moeten boren. In het vervolgonderzoek wordt hier samen met belanghebbende verder naar gekeken.
- Published
- 2020
24. Uitwerking boerderijvarianten op economie en broeikasgasemissies : Klimaatbestendige akkerbouw op veengronden
- Author
-
Marcel van der Voort, Daan Verstand, and M.P. Vijn
- Subjects
peat soils ,OT Team Agriculture & Society ,klimaatadaptatie ,climate adaptation ,bioenergy ,arable farming ,bio-energie ,economic analysis ,fibres ,vezels ,circular agriculture ,greenhouse gases ,biogas ,veengronden ,kringlooplandbouw ,methaan ,methane ,circular economy ,biobased economy ,carbon dioxide ,circulaire economie ,kooldioxide ,economische analyse ,OT Team Landbouw & Samenleving ,akkerbouw ,broeikasgassen - Abstract
In 2019 is gewerkt aan het opstellen van boerderijvarianten die passen binnen een circulaire en klimaat neutrale maatschappij. Om meer handen en voeten te geven aan de opgestelde boerderijvarianten is er nu een nadere uitwerking en verfijning uitgevoerd. Er zijn zes boerderijvarianten uitgewerkt op broeikasbasemissies en verdiencapaciteit per hectare. Gedurende het proces werd duidelijk dat enkele varianten of maatregelen uit de verkenning van 2019 niet realistisch gezien worden. Deze zijn daarom niet in de boerderij-analyses meegenomen. De volgende zes boerderijvarianten zijn op beide criteria (economie en broeikasgasemissies) beoordeeld en vergeleken met de referentie situatie in het gebied: De Eiwitboerderij, de groenblauwe boerderij, de energieboerderij, de circulaire boerderij, de vezelboerderij en de internetboerderij. Deze varianten zijn afgezet ten opzichte van de referentie situatie; akkerbouw met lage grondwaterstanden tussen de 120-160 cm onder maaiveld, waar zetmeelaardappelen, suikerbieten en zomergerst worden geteeld. De dikkere veenpakketten op deze bedrijven emitteren met de huidige lage grondwaterstanden veel broeikasgassen door de oxidatie van het veen. Doelstellingen vanuit het klimaatakkoord richten zich erop deze uitstoot te verminderen. Dit rapport presenteert inschattingen van mogelijk te realiseren emissiereducties door de toepassing van de boerderijvarianten op deze dikke veenpakketten. Veel varianten passen een ander gewas of maatregel toe op 20% van het bedrijf, omdat aangenomen is dat 20% van het oppervlakte van het bedrijf dikke veenlagen bevat. Daarnaast zijn economische cijfers zijn verzameld voor de verschillende maatregelen en alternatieve gewassen. Deze zijn uitgewerkt op saldo niveau per hectare per jaar en vervolgens toegepast in boerderijvarianten. Uit deze analyse blijkt dat de energie boerderij met zonnepanelen in vaste constructie en een verhoogd waterpeil op 20% van het bedrijf het best scoren op zowel economisch perspectief en broeikasgasemissiereductie. Bovendien worden in deze varianten betere resultaten gerealiseerd dan in de referentie situatie. Ook de internet boerderij presteert redelijk goed, ook al staan daar nog wel flinke investeringen tegenover. De eiwitboerderij zit aan de andere kant van het spectrum; er treedt geen vermindering van broeikasgasemissies op en het saldo per hectare is lager dan in de referentie situatie. De circulaire boerderij en de vezelboerderij zijn in staat de emissies te verlagen, maar leiden tot lagere economische opbrengsten. De groenblauwe variant lijkt qua prestatie veel op de referentie boerderij, maar weet wel andere neveneffecten te realiseren zoals een toename in waterberging en biodiversiteit. De volgende benodigde stappen zijn om de praktische toepasbaarheid te toetsen en de technische en hydrologische haalbaarheid van de varianten verder te onderzoeken via pilots en experimenten.
- Published
- 2020
25. Klimaatbestendige akkerbouw op veengronden : Uitwerking boerderijvarianten op economie en broeikasgasemissies
- Author
-
Marcel van der Voort, M.P. Vijn, and Daan Verstand
- Subjects
biomass ,OT Team Agriculture & Society ,biomassa ,methane ,klimaatadaptatie ,circular economy ,biobased economy ,carbon dioxide ,climate adaptation ,circulaire economie ,rendement ,bioenergy ,bio-energie ,fibres ,returns ,vezels ,kooldioxide ,landbouw ,circular agriculture ,biogas ,kringlooplandbouw ,OT Team Landbouw & Samenleving ,agriculture ,methaan - Abstract
Met betrokkenen en experts uit de Veenkoloniën zijn een aantal boerderijvarianten besproken die kunnen bijdragen aan een meer klimaatbestendige akkerbouw. Vervolgens zijn enkele varianten die kansrijk worden geacht verder geanalyseerd en uitgewerkt. Voor deze varianten is een economische doorrekening en een inschatting van de effecten op broeikasgasemissie gemaakt. Op die manier kunnen varianten vergeleken worden op beide criteria, waardoor trade-offs in beeld gebracht kunnen worden. De geanalyseerde en uitgewerkte varianten zijn: de energieboerderij, met focus op zonnepanelen; de groenblauwe boerderij, waar aandacht is voor het dooraderen van het bedrijf met water en natuur; de circulaire boerderij, waar permanent grasland en/of een extensief beheer pakket een mogelijkheid is; de vezelboerderij met focus op natte teelten waarvan de producten input zijn voor de vezelindustrie; de eiwitboerderij om de veenkoloniën de eiwitschuur van Nederland te maken; en tot slot de internetboerderij, waarin met technologie de watersituatie van percelen wordt geoptimaliseerd voor gewassen en veenbehoud.
- Published
- 2020
26. Effect mestvergisting op de emissies van broeikasgassen uit mest van melkvee : Een literatuur- en scenariostudie
- Author
-
K. Groenestein, Julio Mosquera, Roland W. Melse, and M. Timmerman
- Subjects
manure fermentation ,Emissie & Mestverwaarding ,Agricultural science ,emission ,greenhouse gases ,Data flow model ,Desk ,melkveebedrijven ,methaan ,business.industry ,mestvergisting ,methane ,carbon dioxide ,dairy farms ,Manure ,emissie ,kooldioxide ,Agriculture ,Carbon footprint ,WIAS ,Environmental science ,Christian ministry ,Emissions & Manure Valorisation ,Food quality ,business ,broeikasgassen - Abstract
The research in this report examines the effect of manure digestion on the carbon footprint of a dairy farm by means of a desk study and a C flow model with different scenarios. Based on the results, a number of perspectives of action for the farmer are outlined to reduce methane emissions.This study was financed by the Ministry of Agriculture, Nature and Food quality and FrieslandCampina. Het onderzoek in deze rapportage gaat in op het effect van mestvergisting op de carbon footprint van een melkveebedrijf middels een deskstudie en een rekenmodel met verschillende scenario’s. Aan de hand van de uitkomsten worden enkele handelingsperspectieven voor de veehouder geschetst om de methaanemissies te reduceren. Deze studie is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en FrieslandCampina.
- Published
- 2020
27. Kaartlagen voor ontwikkeling van natuur in het veenweidegebied i.h.k.v. het Klimaatakkoord : technische rapportage
- Author
-
Visser, Tim, Melman, Dick, Kuiters, Loek, Sierdsema, Henk, Visser, Tim, Melman, Dick, Kuiters, Loek, and Sierdsema, Henk
- Abstract
In het kader van het Klimaatakkoord (zomer 2018) zijn in opdracht van Vogelbescherming Nederland diverse GIS-kaarten ontwikkeld en bij elkaar gebracht die van belang om het uitwerken van CO2 - beperkende maatregelen binnen veenweidegebieden zo goed mogelijk te benutten voor weidevogels en moerasvogels. De kaartlagen betreffen basiskaarten en kansenkaarten. De basiskaarten betreffen informatie over de landschappelijke kwaliteit voor weidevogels en moerasvogels en daarnaast de gebieden met de hoogste dichtheden van deze soorten (Q35-kaarten). De kansenkaarten geven de gebieden aan waar voor deze soortgroepen de beste kansen zijn, werkend vanuit prioriteit voor weidevogels. Gebieden worden geïdentificeerd waar met de minste inspanningen de landschappelijke geschiktheid passend kan worden gemaakt en waar met beheeraanpassingen een goede habitatkwaliteit kan worden gerealiseerd.
- Published
- 2019
28. What to do about the growing carbon emissions of tourism?
- Author
-
Pellis, A. and Pellis, A.
- Abstract
Tourism accounts for a significant portion of the world's total carbon emissions. Price drops in airplane tickets have increased both the number of people traveling by air and the distance they travel, a trend that is predicted to continue growing.
- Published
- 2019
29. CO2-gehalten in scholen in relatie tot ventilatiecapaciteit, ventilatiebehoefte en ventilatienorm.
- Author
-
Meijer, G. and Duijm, F.
- Abstract
Copyright of TSG: Tijdschrift Voor Gezondheidswetenschappen is the property of Springer Nature and its content may not be copied or emailed to multiple sites or posted to a listserv without the copyright holder's express written permission. However, users may print, download, or email articles for individual use. This abstract may be abridged. No warranty is given about the accuracy of the copy. Users should refer to the original published version of the material for the full abstract. (Copyright applies to all Abstracts.)
- Published
- 2009
- Full Text
- View/download PDF
30. Biomethane from hydrogen and carbon dioxide
- Author
-
Nap, Jan Peter, Bekkering, Jan, Hofstede, Gert, Faber, Folkert, Wedema, Ronald, Zwart, Kor, Lammers, Gerard, Life Sciences & Renewable Energy, and ALIFE
- Subjects
bio energy ,energy transition ,kooldioxide ,energy storage ,methane ,hydrogen ,carbon dioxide ,alternative gasses ,waterstof ,hybrid energy system ,energietransitie - Abstract
The project BioP2M came to a close in June 2019 after a consortium of stakeholders in the field of energy transition worked together to research the diverse role of Methane. In this report the results are presented and future plans are discussed.
- Published
- 2019
31. Biomethane from hydrogen and carbon dioxide
- Subjects
bio energy ,energy transition ,kooldioxide ,energy storage ,methane ,hydrogen ,carbon dioxide ,alternative gasses ,waterstof ,hybrid energy system ,energietransitie - Abstract
The project BioP2M came to a close in June 2019 after a consortium of stakeholders in the field of energy transition worked together to research the diverse role of Methane. In this report the results are presented and future plans are discussed.
- Published
- 2019
32. Kaartlagen voor ontwikkeling van natuur in het veenweidegebied i.h.k.v. het Klimaatakkoord : technische rapportage
- Subjects
natuurontwikkeling ,grassland birds ,Bos- en Landschapsecologie ,nature-inclusive agriculture ,peat grasslands ,bodembeheer ,nitrogen ,maatregelen ,natuurinclusieve landbouw ,kaarten ,weidevogels ,klimaat ,Forest and Landscape Ecology ,veenweiden ,climate ,Vegetatie ,nature development ,Vegetation ,marshes ,maps ,measures ,carbon dioxide ,PE&RC ,moerassen ,kooldioxide ,stikstof ,Dierecologie ,Animal Ecology ,soil management - Abstract
In het kader van het Klimaatakkoord (zomer 2018) zijn in opdracht van Vogelbescherming Nederland diverse GIS-kaarten ontwikkeld en bij elkaar gebracht die van belang om het uitwerken van CO2 - beperkende maatregelen binnen veenweidegebieden zo goed mogelijk te benutten voor weidevogels en moerasvogels. De kaartlagen betreffen basiskaarten en kansenkaarten. De basiskaarten betreffen informatie over de landschappelijke kwaliteit voor weidevogels en moerasvogels en daarnaast de gebieden met de hoogste dichtheden van deze soorten (Q35-kaarten). De kansenkaarten geven de gebieden aan waar voor deze soortgroepen de beste kansen zijn, werkend vanuit prioriteit voor weidevogels. Gebieden worden geïdentificeerd waar met de minste inspanningen de landschappelijke geschiktheid passend kan worden gemaakt en waar met beheeraanpassingen een goede habitatkwaliteit kan worden gerealiseerd.
- Published
- 2019
33. VNCI steekt hand uit naar andere sectoren
- Author
-
Gielen, P. and Gielen, P.
- Abstract
Het kan niemand zijn ontgaan: de VNCI bestaat 100 jaar. Op 17 mei 1918 tekenden de 21 leden van het eerste uur het oprichtingsdocument. Dit jaar zijn er op meerdere plaatsen feestelijke bijeenkomsten, maar wel met een serieuze ondertoon. Ook de komende 100 jaar zullen namelijk nogal wat uitdagingen met zich meebrengen.
- Published
- 2018
34. Groene Chemie Emmen draagt bij aan CO2-reductie : 'kijk naar het grotere geheel'
- Author
-
Gielen, P. and Gielen, P.
- Abstract
Als Europese hotspot voor groene chemie krijgt het Chemical Cluster Emmen de komende jaren te maken met zeer ambitieuze doelstellingen in het Klimaatakkoord. Eénderde van de landelijke CO2-reductie zou in Groningen en Drenthe moeten worden gerealiseerd, berekende de Industrietafel Noord-Nederland in juli: een reductie van 9 Mton. Hoe gaan de chemiebedrijven in Emmen daaraan bijdragen?
- Published
- 2018
35. CO2 exchange and carbon balance in two grassland sites on eutrophic drained peat soils
- Author
-
Veenendaal, E. M., Kolle, O., Leffelaar, P. A., Schrier-Uijl, A. P., Van Huissteden, J., Van Walsem, J., Möller, F., Berendse, F., Nature Conservation and Plant Ecology group, Nature Conservation and Plant Ecology Group, Max Planck Institute for Biogeochemistry (MPI-BGC), Max-Planck-Gesellschaft, Department of Plant Production Systems, Wageningen University and Research [Wageningen] (WUR), Department of Hydrology and Geo-Environmental Sciences [Amsterdam], Vrije Universiteit Amsterdam [Amsterdam] (VU), EGU, Publication, and Hydrology and Geo-environmental sciences
- Subjects
interannual variability ,methane emissions ,water-vapor ,lcsh:Life ,[SDU.STU]Sciences of the Universe [physics]/Earth Sciences ,Plant Ecology and Nature Conservation ,netherlands ,netto ecosysteem koolstofbalans ,flux measurements ,net carbon ,[SDU.ASTR] Sciences of the Universe [physics]/Astrophysics [astro-ph] ,nederland ,ecosystem-atmosphere exchange ,[PHYS.ASTR.CO]Physics [physics]/Astrophysics [astro-ph]/Cosmology and Extra-Galactic Astrophysics [astro-ph.CO] ,lcsh:QH540-549.5 ,TheoryofComputation_ANALYSISOFALGORITHMSANDPROBLEMCOMPLEXITY ,SDG 13 - Climate Action ,eddy covariance ,melkveehouderijsystemen ,net ecosystem carbon balance ,[SDU.ENVI]Sciences of the Universe [physics]/Continental interfaces, environment ,peatlands ,[SDU.OCEAN]Sciences of the Universe [physics]/Ocean, Atmosphere ,eddy-covariantie ,[SDU.ASTR]Sciences of the Universe [physics]/Astrophysics [astro-ph] ,[SDU.OCEAN] Sciences of the Universe [physics]/Ocean, Atmosphere ,lcsh:QE1-996.5 ,grasslands ,wet grasslands ,carbon dioxide ,dioxide exchange ,PE&RC ,[SDU.ENVI] Sciences of the Universe [physics]/Continental interfaces, environment ,graslanden ,lcsh:Geology ,lcsh:QH501-531 ,kooldioxide ,Plant Production Systems ,[PHYS.ASTR.CO] Physics [physics]/Astrophysics [astro-ph]/Cosmology and Extra-Galactic Astrophysics [astro-ph.CO] ,Plantaardige Productiesystemen ,[SDU.STU] Sciences of the Universe [physics]/Earth Sciences ,Plantenecologie en Natuurbeheer ,spatial variability ,lcsh:Ecology ,seasonal-variation ,dairy farming systems ,veengebieden - Abstract
In this study we investigated the role of intensive and extensive dairy farm practices on CO2 exchange and the carbon balance of peatlands by means of eddy covariance (EC) measurements. Year long EC measurements were made in two adjacent farm sites on peat soil in the western part of the Netherlands. One site (Stein) is a new meadow bird reserve and is managed predominantly by mowing in June and August. The second site (Oukoop) is an intensive dairy farm.In this study we investigated the role of intensive and extensive dairy farm practices on CO2 exchange and the carbon balance of peatlands by means of eddy covariance (EC) measurements. Year long EC measurements were made in two adjacent farm sites on peat soil in the western part of the Netherlands. One site (Stein) is a new meadow bird reserve and is managed predominantly by mowing in June and August. The second site (Oukoop) is an intensive dairy farm. Maximum photosynthetic uptake of the grass sward (range 2 to 34 mu mol CO2 m(-2) s(-1)) showed a close and similar linear relationship with Leaf Area Index (LAI; range 1 to 5) except in maturing hay meadows, where maximum photosynthetic uptake did not increase further. Apparent quantum yield varied between 0.02 and 0.08 (mean 0.045) mu mol CO2 mu mol(-1) photons at both sites and was significantly correlated with LAI during the growth season. Ecosystem Respiration at 10 degrees C (R-10) calculated from the year round data set was 3.35 mu mol CO2 m(-2) s(-1) at Stein and 3.69 mu mol CO2 m(-2) s(-1) at Oukoop. Both sites were a source of carbon in winter and a sink during summer with net ecosystem exchange varying between 50 to 100 mmol CO2 m(-2) d(-1) in winter to below -400 mmol CO2 m(-2) d(-1) in summer. Periodically, both sites became a source after mowing. Net annual ecosystem exchange (NEE) for Stein was -5.7 g C m(-2) a(-1) and for Oukoop 133.9 g C m(-2) a(-1). When biomass removal, manure applications and estimates of methane emissions ware taken into account, both eutrophic peat meadows are a strong source for C around 420 g C m(-2) a(-1).
- Published
- 2018
36. Vervolgonderzoek emissiearme Lisianthus
- Author
-
Raaphorst, Marcel, Eveleens, Barbara, van der Burg, Rick, Schuddebeurs, Lisanne, Raaphorst, Marcel, Eveleens, Barbara, van der Burg, Rick, and Schuddebeurs, Lisanne
- Abstract
Lisianthus growers look for methods to minimise the emission of nutrients, crop protection chemicals and CO2. In 2014 and 2015, nine crops with Lisianthus have been tested at the Delphy Improvement Centre. This report describes the four trials that have been carried out in the extended research in 2016. With this extension, a distinction was made between different substrates and intensities of assimilation lighting. In addition to knowledge about light use efficiency, water use, heat use, substrate differences and growth development, these extra crop cycles have brought to light that growing Lisianthus on substrate gives a less resilient plant against soil fungi than was experienced during the first crop cycles., Lisianthustelers zoeken naar methoden om de emissies van nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen, en CO2 emissie te minimaliseren. Van 2014 tot en met 2016 zijn daarvoor op het Delphy Improvement Centre proeven uitgevoerd met Lisianthus. In het onderzoek 2014-2015 zijn negen teelten uitgevoerd en in het vervolgonderzoek in 2016 zijn vier extra teelten uitgevoerd, waarvan de resultaten in dit rapport worden weergegeven. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen verschillende substraten en belichtingsintensiteiten. Naast kennis over belichtingsefficiëntie, watergebruik, warmtegebruik, substraatverschillen en groeiontwikkeling hebben deze extra teelten aan het licht gebracht dat het telen op substraat minder weerbaar is tegen bodemschimmels dan tijdens de eerste negen teelten was ervaren.
- Published
- 2017
37. The SEEA EEA carbon account for the Netherlands
- Author
-
Lof, Marjolein, Schenau, Sjoerd, de Jong, Rixt, Remme, Roy, Graveland, Cor, Hein, Lars, Lof, Marjolein, Schenau, Sjoerd, de Jong, Rixt, Remme, Roy, Graveland, Cor, and Hein, Lars
- Abstract
The carbon account provides a comprehensive overview of all relevant carbon stocks and flows. The carbon account for the Netherlands was developed within the scope of the ‘System of Environmental Economic Accounts – Experimen tal Ecosystem Accounting’ (SEEA EEA) project for the Netherlands (Natuurlijk Kapitaalrekeningen Nederland: NKR_NL), which is currently c arried out jointly by Statistics Netherlands and Wageningen University. Funding and support was provided by the Ministries of Economic Affairs and Infrastructure and the Environment. Within the NKR_NL project, a number of accounts are currently under devel opment. The carbon account is described in detail in this report.
- Published
- 2017
38. Metabolic modeling to understand and redesign microbial systems
- Author
-
Martins dos Santos, V.A.P., Suárez Diez, M., van Heck, Ruben G.A., Martins dos Santos, V.A.P., Suárez Diez, M., and van Heck, Ruben G.A.
- Abstract
The goals of this thesis are to increase the understanding of microbial metabolism and to functionally (re-)design microbial systems using Genome- Scale Metabolic models (GSMs). GSMs are species-specific knowledge repositories that can be used to predict metabolic activities for wildtype and genetically modified organisms. Chapter 1 describes the assumptions associated with GSMs, the GSM generation process, common GSM analysis methods, and GSM-driven strain design methods. Thereby, chapter 1 provides a background for all other chapters. In this work, there is a focus on the metabolically versatile bacterium Pseudomonas putida (chapters 2,3,4,5,6), but also other model microbes and biotechnologically or societally relevant microbes are considered (chapters 3,4,6,7,8).GSMs are reflections of the genome annotation of the corresponding organism. For P. putida, the genome annotation that GSMs have been built on is more than ten years old. In chapter 2, this genome annotation was updated both on a structural and functional level using state-of-the-art annotation tools. A crucial part of the functional annotation relied on the most comprehensive P. putida GSM to date. This GSM was used to identify knowledge gaps in P. putida metabolism by determining the inconsistencies between its growth predictions and experimental measurements. Inconsistencies were found for 120 compounds that could be degraded by P. putida in vitro but not in silico. These compounds formed the basis for a targeted manual annotation process. Ultimately, suitable degradation pathways were identified for 86/120 as part of the functional reannotation of the P. putida genome.For P. putida there are 3 independently generated GSMs, which is not uncommon for model organisms. These GSMs differ in generation procedure and represent different and complementary subsets of the knowledge on the metabolism of the organism. However, the differing generation procedures also makes it extremely cumbersome to compare thei
- Published
- 2017
39. Paprikateelt in de hooggeïsoleerde VenLow Energy kas
- Author
-
de Zwart, H.F., de Gelder, A., Hofland-Zijlstra, J., Noordam, M., de Zwart, H.F., de Gelder, A., Hofland-Zijlstra, J., and Noordam, M.
- Abstract
In order to realise a horticultural sector that operates without the combustion of fossil fuel, the first step is to reduce the demand for heating by improving the insultation of greenhouses. This holds especially for crops that are grown at high temperatures, like sweet pepper. The Venlow Energy greenhouse with its double glass cladding and energy screen is a good example of such a highly insulated greenhouse. This report presents the results of a one year cultivation and serves as a bench mark for the state of the art in energy conserving production of Sweet Pepper in the Netherlands. It shows the greenhouse climate conditions required, and the possibilities to meet these requirements with a low energy consumption and options to realise this from sustainable sources. The application of sustainable energy sources was not tested in practice, but since the exact resources (heat and CO2) required from hour to hour were measured, it is easy to do the math on the amounts and capacities needed. The application of pure CO2 or CO2 from another sustainable source is essential when aiming at a fossil energy free horticulture. Without external CO2 the production will drop substantially, especially because an energy conserving greenhouse has typically a strongly reduced air exchange. But, for the same reason, the amount of CO2 needed to increase the CO2 concentration is quite limited, 25 kg/m² per year in this experiment. With a production of 32.5 kg class I of red Sweet Pepper per m², the experiment has shown that halving the energy consumption compared to the general practice did’nt reduced the production., Voor de realisatie van een energieneutrale glastuinbouw helpt het enorm wanneer kassen beter geïsoleerd zouden zijn. Dit geldt des te meer voor gewassen die warm geteeld worden, zoals de Paprika. De Venlow Energy kas met een dubbel glas kasdek en energiescherm is een voorbeeld van zo’n hoog-isolerende kas. Dit verslag geeft het resultaat van een jaarrond teelt en vormt een ijkpunt voor de huidige stand van de techniek in de energiezuinige teelt van Paprika. Het toont de klimaatvereisten voor de teelt, en de mogelijkheden om dit klimaat energiezuinig en klimaatneutraal in te vullen. Dit laatste punt, klimaatneutrale invulling is niet in praktische zin getoetst, maar omdat van uur tot uur precies bekend is hoeveel energie- en CO2 zijn ingezet is gemakkelijk te berekenen hoe deze resources op klimaatneutrale wijze ingevuld zouden kunnen worden. Het gebruik van zuivere CO2 of CO2 uit een andere externe bron is overigens essentieel voor een energieneutrale glastuinbouw. Zonder toevoer van CO2 daalt de productie zeer sterk, vooral omdat er in energiezuinige kassen weinig gelucht wordt. Omgekeerd betekent de beperkte luchtuitwisseling met buiten ook dat er geen grote hoeveelheden CO2 nodig zijn. Er is 25 kg CO2 per m² gebruikt. Met de productie van 32.5 kg klasse I aan rode Paprika per m² heeft het experiment laten zien dat de halvering van de warmtevraag ten opzichte van de praktijk niet ten koste is gegaan van productie en kwaliteit.
- Published
- 2017
40. CO2 = waardevolle grondstof : toepassing in beton-, papier- en kunststofindustrie
- Author
-
Hooijdonk, A. van and Hooijdonk, A. van
- Abstract
Start-up Green Minerals werkt op de Brightlands Innovation Factory niet alleen aan de vermindering van de CO2-voorraad; door het broeikasgas te laten reageren met mineralen ontstaat namelijk ook een waardevolle grondstof voor de beton-, papier- en kunststofindustrie. "Over een aantal jaren staan er wereldwijd meerdere Green Minerals-plants."
- Published
- 2017
41. Randstad wil netwerk voor grootschalig hergebruik van kooldioxide : CO2 smart grid: van afval naar grondstof
- Author
-
Ent, L. van der and Ent, L. van der
- Abstract
Er bestaat al een netwerk dat afgevangen CO2 uit de Rotterdamse haven naar de Westlandse kassen vervoert. Maar de ambities van West-Nederland reiken verder: uitbreiding van dit OCAP-netwerk tot een CO2 Smart Grid voor de hele Randstad en grootschalig CO2-hergebruik binnen vijftien jaar. Het zou een wereldwijde primeur zijn.
- Published
- 2017
42. Onderzoek laat zien hoe Rotterdamse industrie kan verduurzamen
- Abstract
Het Wuppertal Institut heeft in opdracht van het Havenbedrijf Rotterdam, dat de ambitie heeft koploper in de energietransitie te zijn, onderzocht langs welke transitiepaden de Rotterdamse industrie haar CO2-uitstoot drastisch kan reduceren en tegelijkertijd de producten kan blijven maken waar de samenleving naar vraagt, zoals brandstoffen en chemische producten. De belangrijkste uitkomst: door gebruik van verschillende technieken lijkt tot wel 98 procent CO2-reductie haalbaar.
- Published
- 2017
43. Groene CO2 als nieuwe loot : GreenCO2
- Author
-
Joppen, L. and Joppen, L.
- Abstract
Ruim een jaar levert GreenCO2 Groene CO2 aan verschillende afnemers, hoofdzakelijk de bier- en frisdrankenindustrie. 'Er is een vraag naar deze grondstof. We kunnen deze CO2 verwaarden en tegelijkertijd de CO2-footprint van onze bio-ethanol verbeteren.'
- Published
- 2017
44. CO2 omzetten in mierenzuur
- Author
-
Rotter, E. te and Rotter, E. te
- Abstract
Kooldioxide is vooral bekend als broeikasgas. Zes partijen zien mogelijkheden om CO2 met behulp van duurzame elektriciteit om te zetten in mierenzuur dat onder meer als brandstof kan worden gebruikt. het principe van het omzetten van CO2 in mierenzuur is wereldwijd bekend, zegt Martijn de Graaff, vanuit TNO business developer bij VoltaChem.
- Published
- 2017
45. lonkend perspectief : industrie presenteert plannen voor CO2-besparing
- Author
-
Hooijmeijer, M. and Hooijmeijer, M.
- Abstract
In september presenteerden ISPT en de industrie op het duurzaamheidsforum Springtij diverse technologische oplossingen om de industrie om te bouwen van energie-intensief naar energie-efficiënt. Realistische oplossingen die de CO2- uitstoot terugbrengen en de circulaire economie bevorderen.
- Published
- 2017
46. Prefeasibility study CO2 smart grid : the potential of carbon capture, transport, usage and storage : 27 july 2017 - final version
- Author
-
Tilburg, J. van, Schenkel, M., Tilburg, J. van, and Schenkel, M.
- Abstract
As commissioned by the consortium around the CO 2 Smart Grid and financed by the Dutch Ministry of Infrastructure & Environment, Ecofys has performed an objective, high - level assessment of the feasibility of their CO 2 smart grid (CO 2 SG) initiative as a starting point for a more in - depth feasibility assessment.
- Published
- 2017
47. RED II Proposal and Its Impact on the Bio-based Material and CO2 Utilization Sector
- Author
-
Dammer, L., Liptow, C., Carus, M., Dammer, L., Liptow, C., and Carus, M.
- Abstract
Open doors for CO2-based fuels, but non-level playing field for the biobased material sector continues and threatens access to tall oil, animal fats and glycerol by the chemical industry as well as access to pulp wood by the forest industry.
- Published
- 2017
48. Greenhouse gas emissions in the Netherlands 1990-1996: Updated methodology
- Subjects
un-fccc ,monitoring mechanism ,netherlands ,lachgas ,nederland ,climatic changes ,klimaatverdrag ,ipcc guidelines ,ipcc-richtlijnen ,emission ,hfc ,methaan ,hfk ,pfc ,technieken ,ch4 ,nitrous oxide ,methane ,broeikaseffect ,methodiek ,n2o ,carbon dioxide ,klimaatverandering ,pfk ,greenhouse effect ,methodology ,emissie ,kooldioxide ,greenhouse gas ,co2 ,techniques ,broeikasgas ,monitoring mechanisme ,sf6 - Abstract
Met deze rapportage van Nederlandse broeikasgasemissies, gemaakt op basis van de IPCC richtlijnen, wordt voldaan aan de verplichtingen van het monitoring mechanisme van de Europese Unie inzake broeikasgasemissies en van het Klimaatverdrag van de Verenigde Naties. Indien ozonlaagaantastende stoffen buiten beschouwing worden gelaten, nam de totale Nederlandse emissies van broeikasgassen met 7% toe tussen 1990 en 1996, voornamelijk doordat de emissie van kooldioxyde (CO2) toenam. In 1996 was de CO2 emissie 7,6% hoger dan in 1990. Ook de emissie van lachgas (N2O) nam toe tussen 1990 en 1996 (+9%) terwijl de uitstoot van methaan (CH4) in deze periode juist afnam (-13%). De CO2-equivalente emissies van de drie nieuwe broeikasgassen, HFK's, PFK's en SF6,, nam tussen 1990 en 1996 toe met 25% , vooral doordat de HFK-emissie met 47% steeg. In 1996 had kooldioxyde een aandeel van 75% in de Nederlandse broeikasgasemissies, methaan 11%, lachgas 9% en de drie nieuwe broeikasgassen samen 5%. Het rapport geeft een korte beschrijving van de toepassing van de IPCC richtlijnen in Nederland. Verschillen in nationale emissiegetallen tussen IPCC-sectoren en Nederlandse doelgroepen worden verklaard.
- Published
- 2017
49. Greenhouse gas emissions in the Netherlands 1990 - 1995. Methodology and data for 1994 and provisional data for 1995
- Subjects
hfk ,pfc ,nitrous oxide ,methane ,broeikaseffect ,methodiek ,carbon dioxide ,greenhouse effect ,netherlands ,statistical data ,methodology ,lachgas ,nederland ,inventory ,emissie ,kooldioxide ,ipcc ,emission ,greenhouse gases ,hfc ,statistiek ,broeikasgassen ,methaan ,sf6 - Abstract
Met het rapport wordt voldaan aan de verplichtingen die voortvloeien uit het bewakingsmechanisme voor broeikasgasemissies van de Europese Unie alsmede van het Klimaatverdrag. Daarbij gaat het om emissierapportages van alle broeikasgassen die niet onder het Montreal protocol vallen. De gepresenteerde Nederlandse broeikasgasemissies zijn bepaald conform de richtlijnen van de IPCC en gebaseerd op cijfers uit de MilieuBalans 1996. Er wordt een korte beschrijving gegeven van de wijze waarop de IPCC richtlijnen in Nederland zijn toegepast. Verschillen tussen IPCC sectoren en Nederlandse doelgroepen worden toegelicht en de resulterende verschillen in emissiecijfers gequantificeerd. Voor alle broeikasgassen wordt een tijdreeks 1990-1995 gepresenteerd. In 1994 waren de CO2-emissies 2,8% hoger dan in 1990. In diezelfde periode daalde de emissies van methaan met 3%, stegen de emissies van lachgas met 11% van HFK's, PFK's en SF6 met 17%. De totale emissie in CO2-equivalenten van broeikasgassen die niet onder het Montreal-protocol vallen, steeg tussen 1990 en 1994 met 3%. Dit kwam voornamelijk door de toename van de emissie van CO2 en HFK's. De niet-CO2-broeikasgassen hadden in 1994 een aandeel van 22% in het totaal van broeikasgasemissies, waarvan methaan 10%, lachgas 8% en de gehalogeneerde koolwaterstoffen zonder ozon-aantastende werking 4%. De voorlopige cijfers voor 1995 laten een sterke toename van CO2-emissies zien (3,9%) alsmede van HFK's (33%).
- Published
- 2017
50. Vervolgonderzoek emissiearme Lisianthus
- Author
-
Lisanne Schuddebeurs, Marcel Raaphorst, Rick van der Burg, and Barbara Eveleens
- Subjects
plant protection ,bodemschimmels ,greenhouse crops ,cultuur zonder grond ,gewasbescherming ,GTB Gewasgez. Bodem en Water ,Soil fungi ,emission reduction ,cut flowers ,soilless culture ,kunstmatige verlichting ,Growth development ,kasgewassen ,Crop ,greenhouses ,emissiereductie ,substraten ,Crop health ,Nutrient ,kassen ,nutrients ,soil fungi ,snijbloemen ,substrates ,fusarium ,greenhouse horticulture ,kunstlicht ,carbon dioxide ,Crop protection ,voedingsstoffen ,kooldioxide ,Agronomy ,artificial light ,Gewasgezondheid ,GTB Tuinbouw Technologie ,glastuinbouw ,Environmental science ,artificial lighting ,Cartography ,Water use - Abstract
Lisianthus growers look for methods to minimise the emission of nutrients, crop protection chemicals and CO2. In 2014 and 2015, nine crops with Lisianthus have been tested at the Delphy Improvement Centre. This report describes the four trials that have been carried out in the extended research in 2016. With this extension, a distinction was made between different substrates and intensities of assimilation lighting. In addition to knowledge about light use efficiency, water use, heat use, substrate differences and growth development, these extra crop cycles have brought to light that growing Lisianthus on substrate gives a less resilient plant against soil fungi than was experienced during the first crop cycles. Lisianthustelers zoeken naar methoden om de emissies van nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen, en CO2 emissie te minimaliseren. Van 2014 tot en met 2016 zijn daarvoor op het Delphy Improvement Centre proeven uitgevoerd met Lisianthus. In het onderzoek 2014-2015 zijn negen teelten uitgevoerd en in het vervolgonderzoek in 2016 zijn vier extra teelten uitgevoerd, waarvan de resultaten in dit rapport worden weergegeven. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen verschillende substraten en belichtingsintensiteiten. Naast kennis over belichtingsefficiëntie, watergebruik, warmtegebruik, substraatverschillen en groeiontwikkeling hebben deze extra teelten aan het licht gebracht dat het telen op substraat minder weerbaar is tegen bodemschimmels dan tijdens de eerste negen teelten was ervaren.
- Published
- 2017
Catalog
Discovery Service for Jio Institute Digital Library
For full access to our library's resources, please sign in.