Search

Het is een frisse, maar zonnige zondagochtend als een van onze melkveehouders opbelt voor een pasgekalfde koe die niet meer rechtop kan. Alweer, want het is ondertussen zijn derde geval in tien dagen tijd. Bij aankomst blijkt de koe nog min of meer in normale houding te liggen, maar ze heeft koude oren, geen koorts, en vertoont spiertrillingen. Verder is de uier normaal en heeft ze normaal gekleurde slijmvliezen. Alles wijst op hypocalcemie, beter bekend als kalfziekte. Hypocalcemie is een gebrek aan calcium in het bloed, waardoor de spieren en zenuwen niet meer normaal kunnen functioneren.

Kalveren groeien tegenwoordig op in zogenaamde kalverenboxen. Dit kan in een groep maar gebeurt meestal individueel. Melkveehouder Hans Reinders vond dit niet de ideale situatie en heeft daarom de KalverENweij bedacht. Hier groeien de kalfjes samen in een groep buiten op. In deze Boerderij Uitgelicht vertelt Hans meer over het concept.

Kalverdiarree is doodsoorzaak nummer één bij jonge kalveren. Welke veroorzakers zijn in het spel en wat kun je doen om het te voorkomen? Dierenartsen Pleun Penterman en Linde Gille geven tekst en uitleg.

Op een bedrijf wordt me gemeld dat er een ziek witblauw kalf is van een dag of tien oud. Het blijkt al het derde kalf in enkele weken tijd te zijn dat tegen de grond gaat met erge diarree. Bij mijn onderzoek valt op dat het jonge dier sterk uitgedroogd is en een gele waterige diarree heeft. Een snel mestonderzoek leert me dat het hier om cryptosporidiose gaat. Ik leg meteen een infuus aan met vocht, bicarbonaat, glucose en elektrolyten en daarnaast geef ik een ontstekingsremmer.

Om te zorgen dat kalveren opgroeien tot productieve melkkoe is het goed om hun gezondheid in de gaten te houden. Vooral als het gaat om maagdarmproblemen veroorzaakt door worminfecties. Via onderzoek van het pepsinogeengehalte in bloed kunnen we bij kalveren aantonen of ze lebmaagschade hebben door maagdarmwormlarven. Dit zegt iets over hun weerstand tegen maagdarmwormen. Wat is pepsinogeen eigenlijk? En hoe werkt dat onderzoek dan?

Na een afwezigheid van ongeveer 150 jaar hebben wolven zich weer in Nederland gevestigd. Er zijn inmiddels negen roedels in Nederland: zeven op de Veluwe en twee in Drenthe. Wolven eten met name grotere wilde hoefdieren zoals zwijnen, edelherten en reeën, maar ook kleine zoogdieren. Daarnaast vindt er regelmatig predatie op landbouwhuisdieren plaats. Dit betreft voor het merendeel schapen, maar ook kalveren, pinken, volwassen koeien, pony’s of paarden worden aangevallen. BIJ12 wil kennis verkrijgen over de predatie door wolven op runderen en paarden. Daarbij wil men inzicht krijgen in: de omvang van dergelijke predatie in de belangrijkste buurlanden van Nederland; welke vormen van dierhouderij het meeste risico lopen; en welke maatregelen toepasbaar zijn om gehouden runderen en paarden adequaat te kunnen beschermen. Deze informatie dient gebundeld te worden in een achtergronddocument. Daarnaast dient op basis van het achtergronddocument een factsheet te worden opgesteld, waarin de kennis over predatie en de mogelijke preventieve maatregelen om runderen en paarden te beschermen tegen aanvallen van wolven, naar rundvee- en paardenhouders wordt gecommuniceerd. Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een literatuurstudie, een data-analyse van schadegevallen uit Nederlandse, Duitse en Belgische databases, aangevuld met consultatie van deskundigen en stakeholders in Nederland en de buurlanden op het gebied van wolven, runderen, paarden en preventieve maatregelen.

Een kwart eeuw is Jan Wieringa boer. In zijn biodynamische, gemengde bedrijf in het Gelderse Heelsum vervullen de 150 blaarkoppen, die zuivel en vlees leveren, een centrale rol. De kalveren blijven de eerste maanden bij hun moeder of krijgen een pleegmoeder. Een noviteit is de komst van werkpaarden.

Het is belangrijk na te denken over de weidegang van jongvee. Door jong te wijden leren dieren goed grazen en krijgen ze de kans om immuniteit op te bouwen tegen maagdarm- en longwormen. Daarnaast heeft beide gang en positief effect op de skelet- en spierontwikkeling. Een lichte besmetting met maagdarm- en longwormen is gewenst. Zo wordt wél weerstand opgedaan, maar het treedt er geen of zo min mogelijk groeivertraging op. Voor leverbot geldt dat een vastgestelde infectie altijd een reden tot behandelen kan zijn.

Het is niet altijd te voorkomen dat kalveren ringschurft krijgen. ‘Zolang het een lichte aantasting is, hoeft dat niet direct een probleem te zijn. En het is beter dat ze het als kalf al doormaken, dan dat ze het later als koe oplopen’, stelt jongveedeskundige Rientsje Berber Atsma van ABZ De Samenwerking.

Een praktijkhandleiding voor alle melkveehouders die overwegen om de kalfjes langere tijd bij de koe te gaan houden. Zo’n 25 melkveehouders gingen je voor, en deelden hun kennis en ervaringen.

Het was een kille ochtend toen ik door een klant opgebeld werd. Hij liet mij weten dat de drie jonge kalveren waarvoor ik gisteren langs geweest was, overleden waren. Deze kalfjes hadden allemaal koorts en letsels op de neus en tong. In eerste instantie dachten we dat de etsende wonden veroorzaakt waren door het niet goed naspoelen van een reinigingsmiddel voor het ontsmetten van de kalverhokjes. Maar dit kon de plotse sterfte niet verklaren. De dagen daarna werden nog meerdere kalveren ziek en stierven.

In this report, a concept of the calf at foot housing is investigated.

Wilfred de Bruijn (47) koelt sinds 2019 zijn stal met verneveling. Na een hete zomer in 2018 heeft hij een plan tegen hittestress gemaakt. Melkveebedrijf Hoeve Boveneind is een echt familiebedrijf in Herwijnen dat De Bruijn samen met zijn vader, vrouw en drie kinderen runt.

Denkavit voert onderzoek uit waarin vijftig melkveehouders hun kalveren de eerste twee weken op dezelfde manier voeren. De verwachting is dat dit goed uitpakt als de kalveren verhuizen en samen opgroeien in een vleeskalverhouderijstal.

Hans Reinders en zijn dochter Anouk in het Gelderse Angerlo zijn de trotse winnaars van de Dutch Dairy Challenge 2023. Met hun concept KalverENWeij huisvesten ze de kalveren in groepshuisvesting, buiten in een soort paardenbak. Dit geeft goede resultaten; de kalveren zijn gezonder, groeien beter en leveren meer op.

Emissiearme stalsystemen & managementmaatregelen voor de kalverhouderij.

De zorg voor jongvee is een onderwerp dat steeds belangrijker wordt voor rundveehouders. Niet alleen vanwege de gezondheid en het welzijn van de dieren, maar ook vanwege sociale, economische en duurzaamheidsaspecten. Het verminderen van vervangingspercentages en kalversterfte is van groot belang. De eerste levensperiode van een jong kalf is hierbij cruciaal. In opdracht van GD heb ik, Laura Kuipers, onderzoek gedaan naar de Nederlandse jongveesector. Ik verzamelde informatie door middel van een enquête verspreid onder 1.200 melkveehouders, interviews met 59 dierenartsenpraktijken en zes diepte-interviews.

Aanpak piekbelasters, convenant dierwaardige veehouderij en druk op antibiotica. Er komt veel af op vleeskalverhouders. ‘De sector ligt onder een vergrootglas’, ervaart Wim Thus, voorzitter van de vakgroep vleeskalverhouderij van LTO Nederland. ‘We willen veranderingen. Maar vergeet niet dat de wereld met respect kijkt naar onze sector.’

Luchtwegproblemen bij kalveren kunnen variëren van een eenvoudige verkoudheid tot een flinke longontsteking. Luchtweginfecties zijn wereldwijd de hoofdoorzaak van ziekte, sterfte en antibioticumgebruik bij kalveren. Een kalf dat zonder luchtweginfecties opgroeit gaat een diervriendelijker, langer, productiever (dus winstgevender) en duurzamer leven tegemoet. Hier is dan ook veel te winnen.

Op bedrijven met veel kalveren moet de jongveeopfok vooral beheersbaar zijn. Er zijn veel jongveehuisvestingssystemen, wat kiezen moeilijk maakt. Jongveespecialisten denken mee en geven tips, zoals het houden van jongvee in vaste groepen.

Aan de hand van praktijkcases schrijven verschillende voeradviseurs van Aveve (B.) en Agrifirm (Nl.) over rantsoenberekeningen in de vleesveehouderij. Deze editie beschrijft Anne Vandelannoote de verschillen in melk voor jonge kalveren.

Op vrijdag 8 september jongstleden is de Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van besmettingen met blauwtongvirus (BTV) in Nederland. Met deze brief wordt de Kamer geinformeerd over de huidige situatie, de bevestiging van serotype 3, het tweede advies van de deskundigengroep dierziekten, de aanpassingen in het beleid en het vervolg.

Aandacht voor elke fase van de opfokperiode wordt beloond met vaarzen die hun genetische potentie waarmaken. Bij voldoende groei is het goed mogelijk om pinken vanaf 12 maanden te insemineren, zodat ze op een leeftijd van 22 tot 23 maanden afkalven.

De kalverhouderij zit in de hoek waar de klappen vallen. De verrichte inspanningen op het gebied van diergezondheid, dierenwelzijn en het terugdringen van emissies lijken als een boemerang terug te komen op het bordje van de veehouders. 'Veel ondernemers zijn murw geslagen', verwoordt voorzitter Wim Thus van LTO-vakgroep Kalverhouderij het sentiment.

Armando Kok houdt zijn kalveren bij de koe. Het werkt voor hem. 'Maar het is niet voor iedereen weggelegd', zegt hij nadrukkelijk. 'Je moet ontzettend gemotiveerd zijn. Alles gaat anders.' Zijn melk wordt verkocht onder het label Kalverliefde, opgezet door Janina van der Drift.

Het is een van de meest voorkomende oorzaken van kalverdiarree en er is lastig grip op te krijgen; de parasiet cryptosporidium richt veel economische schade aan op rundveebedrijven. Dat blijkt uit het project Health for Dairy Cows (H4DC), waaraan ZLTO meewerkte.

De longen van jonge kalveren krijgen met rede steeds meer aandacht in het management van een veestapel. Mycoplasma bovis sluimert steeds meer in de koppels en heeft vele gezichten. Dierenartsen hebben nieuwe tools om de longproblemen aan te pakken.

Naam aandoening: koudestress. Verschijnselen: minder groei, verhoogde gevoeligheid voor infecties van de luchtwegen. Oorzaak: koude omgevingstemperatuur. Behandeling: voldoende dik instrooien, kalverjasje, extra melk, hogere concentratie kunstmelk.

Presteren snelgroeiende vaarzen beter? ; "Elk kalf verdient een optimale start."

Sensortechnologie en artificial intelligence (AI) maken het mogelijk om het dierenwelzijn in slachthuizen te meten en te monitoren. Er zijn slachthuizen die al gebruikmaken van deze technieken. Bureau Risicobeoordeling & onderzoek (BuRO) adviseert de NVWA om te inventariseren hoe de slachthuizen sensortechnologie en AI gebruiken. Hoe meten en verbeteren deze slachthuizen het dierenwelzijn? Hoe borgen zij het dierenwelzijn? Ook geeft BuRO het advies om het gebruik van extern en onafhankelijke gevalideerde sensortechnologie en AI te stimuleren.

De geboorte van een kalfje blijft bijzonder, maar de periode vooraf is spannend. Pakt de bevruchting goed uit en komt het kalf levend ter wereld? Ook na het kalven kunnen vruchtbaarheidsproblemen ontstaan die invloed hebben op de volgende dracht van de koe. Gelukkig zijn veel van deze problemen te voorkomen. Judith Roelofs van HAS Green Academy legt uit hoe je ze herkent, behandelt en voorkomt.

De longen van jonge kalveren zijn enorm kwetsbaar. Al binnen enkele uren na een besmetting kunnen de ademhalingsorganen beschadigen en dat is nauwelijks meer te genezen. Meer dan 25 procent van de kalveren krijgt in het eerste levensjaar longontsteking. Symptomen zijn hoesten, koorts, sloomheid en weinig eetlust. Maar vaak is de aandoening ook onzichtbaar.

Koeien met het slickgen hebben minder last van hittestress. Een aantal ki’s benutten dit gen in hun fokprogramma’s en de stieren lijken met name geschikt voor de tropische gebieden. Door het korte haarkleed hebben kalveren wel meer aandacht nodig tijdens koude periodes.

Moet het kalf bij de koe blijven, of juist niet? In recent onderzoek zijn beide kanten onderzocht én vergeleken met een tussenvorm die gedeeltelijk contact tussen kalf en koe toelaat. Deze contactvorm leverde geen nadelige gevolgen op voor gezondheid of gedrag.

Een relaxter kalf dat meer durft en beter groeit, dat blijkt het resultaat als je jonge kalveren per twee huisvest. Het verschil in besmetting tussen één of twee kalveren lijkt in de praktijk verwaarloosbaar. Daarmee lijkt duohuisvesting de gulden middenweg.

Vanaf 2023 mogen Duitse melkveehouders kalveren pas na 28 dagen transporteren. Discussie rondom de minimumleeftijd van kalvertransport is er niet alleen in Duitsland, ook de Europese Commissie gaat de wetgeving herzien. Recent onderzoek in Nederland suggereert dat een hogere transportleeftijd kan leiden tot een robuuster kalf in de kalverhouderij.

Focus op diergezondheid is belangrijk voor elke veehouder. Harry en Renate Jansen uit het Drentse Noord-Sleen zetten daarbij de puntjes op de i. De kalveren krijgen naast onbeperkt melk water en brok. Dit uit zich in een goede ontwikkeling, amper kalversterfte en nauwelijks medicijngebruik.

Promovenda Margret Wenker onderzocht de effecten van koe/kalf-contact op welzijn en gezondheid.

Voor veel veehouders blijft het moeilijk hun dieren naar de slacht te brengen. Dat geldt voor afscheid van koeien die meer dan tien jaar melk hebben gegeven én voor stierkalveren waarvoor geen plek is binnen de bedrijfsvoering. Hoe kun je op een waardige wijze afscheid nemen en wat is van belang bij het slachten? Wim van Oort vroeg het aan Marieke de Vrij en aan enkele veehouders uit de praktijk.

Op 3 augustus presenteerde Aleksandra Mikulska, studente aan het Van Hall Larenstein de resultaten van haar onderzoek naar huisvestingsystemen om kalveren bij de koe te houden.

The veal calf sector aims to reduce ammonia, odor and greenhouse gas emissions from barns. This has positive effects for the environment and improves the climate in the barn, which might benefit animal health and welfare. In this report we elaborate five design-concepts that are (almost) ready for implementation. The design-concepts are aimed at inspiring and supporting farmers who, right now, want/must take action to reduce emissions in existing veal calf barns., De vleeskalverhouderij wil de emissies van ammoniak, geur en broeikasgassen bij de bron reduceren. Hierdoor worden de emissies naar de omgeving beperkt en daardoor verbetert ook het stalklimaat, wat diergezondheid en welzijn ten goede komt. In dit rapport werken we een vijftal ontwerpconcepten uit die (bijna) praktijkrijp zijn ter inspiratie en voor ondersteuning voor ondernemers/sters die nu aan de slag willen/moeten in bestaande vleeskalverstallen.

Hittestress treft niet alleen lacterende koeien. Ook kalveren en droogstaande dieren ondervinden negatieve gevolgen. Hittestress heeft bij kalveren en droogstaande dieren immers een belangrijke impact op hun latere productie. Het demonstratieproject Eerste Hulp bij Hittestress Koe focust op praktische tips voor rundveehouders bij hittestress. In dit artikel vatten we kort enkele belangrijke aandachtspunten samen.

Het is sinds 1 januari 2018 mogelijk om vrijwillig deel te nemen aan KalfOK. Ruim 95 procent van de melkveehouders doet dit inmiddels. Door de aandachtspunten in KalfOK gericht aan te pakken, kunt u de situatie van het jongvee op uw bedrijf optimaliseren.

De 25-jarige Karin de Brouwer uit Someren-Heide heeft haar hart aan kalveren verloren. “Tijdens mijn studie probeerde ik mijn blik wel te verbreden, maar ik kwam toch steeds bij de jongveeopfok terug.” Op de boerderij van haar ouders is ze, met haar moeder en zus, verantwoordelijk voor het jongvee en ze behalen mooie resultaten. Haar vader houdt zich bezig met de melkkoeien.

Een Kalverstraat, niet met modewinkels in Amsterdam, maar met kalfjes in Broekland. Melkveehouder Bas Booijink haalde na jaren uitbesteden de jongveeopfok terug naar huis en richtte naar eigen inzicht een pleintje in met de focus op arbeidsgemak en comfort voor het kalf.