Search

Although people report grave concern over their data privacy, they take little care to protect it. We suggest that this privacy paradox can be understood in part as the consequence of an evolutionary mismatch: Privacy intuitions evolved in an environment that was radically different from the one found online. This evolved privacy psychology leaves people disconnected from the consequence of online privacy threats.

Review of: The Participants. The Men of the Wannsee Conference, ed. by Hans-Christian Jasch and Christoph Kreutzmuller, trans. by Charlotte Kreutzmuller-Hughes and Jane Paulick (New York: Berghahn, 2017). 354 pp. $19.95 (pb). ISBN: 978-1-78533-671-3.

Cushman uses rationalization to refer to people's explanations for their own actions. In system justification theory, scholars use the same term to refer to people's efforts to cast their current status quo in an exaggeratedly positive light. We try to reconcile these two meanings, positing that system justification could result from people trying to explain their own failure to take action to combat inequality. We highlight two novel and contested predictions emerging from this interpretation.

Cushman uses rationalization to refer to people’s explanations for their own actions. In system justification theory, scholars use the same term to refer to people’s efforts to cast their current status quo in an exaggeratedly positive light. We try to reconcile these two meanings, positing that system justification could result from people trying to explain their own failure to take action to combat inequality. We highlight two novel and contested predictions emerging from this interpretation.

Contains fulltext : 201203.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 4 p.

The present research explores free will belief as a causal antecedent to self-handicapping. The overarching goal of this work is to increase our understanding of why some individuals faced with a threatening assessment in an important ability domain will increase effort to ensure success, whereas others will engage in self-handicapping. Previous work has established that uncertainty aroused by non-contingent success feedback encourages the use of self-handicapping. We theorize that when faced with uncertainty and potential failure, those with weaker free will beliefs will be more likely to resort to self-handicapping. In other words, that self-handicapping necessitates that an individual feels a lack of free will and control over future performance and outcomes. Thus, we predicted that stronger belief in free will would be negatively associated with self-handicapping. Study 1 (N = 137) used a correlational design and measured trait self-handicapping, belief in free will, and perceptions of control, among other relevant dispositional variables, in an MTurk sample. The results indicated that belief in free will was negatively correlated with trait self-handicapping. Study 2 (N = 132) replicated this same pattern using a correlational design with a college student sample. Study 3 (N = 98) used an experimental design and manipulated belief in free will using an autobiographical memory task in which participants were asked to recall a time in which they experienced control and freedom of choice, or a lack thereof. We predicted that experimentally inducing a weaker free will belief would increase claimed self-handicapping. Results showed that the memory task did not produce differences in belief in free will, making us unable to test our causal hypothesis. However, we did replicate the correlations found in Studies 1 and 2. The free will manipulation and the implications of the correlational data are discussed.

Contains fulltext : 126838.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 18 p.

De duurzame inzetbaarheid van medewerkers op de Nederlandse universiteiten staat onder druk. Voor SoFoKleS was dit aanleiding om duurzame inzetbaarheid hoog op de agenda te zetten.Uit een eerdere verkenning van SoFoKleS bleek dat er nog veel ruimte was om employability, vitaliteit en SPP te verbeteren. Wat bleek is dat universiteiten weliswaar al veel employabilitymaatregelen hebben genomen (brons), maar dat deze maatregelen vaak nog onvoldoende bekend zijn bij medewerkers (zilver) en onvoldoende worden gebruikt en geborgd binnen de instelling (goud). Aanvullend beleid is nodig om daarvoor te zorgen. Ten aanzien van SPP bleek dat slechts een beperkt aantal universiteiten destijds bezig was met de implementatie ervan. Veel universiteiten wilden er wel mee starten, maar ervoeren obstakels om tot een succesvolle implementatie over te gaan. Vitaliteitsprogramma’s bleken nog in de kinderschoenen te staan en er lagen kansen voor een verdere inbedding in het organisatiebeleid, meer oog voor de rol van de organisatie (in plaats van alleen de rol van het individu), beter maatwerk en samenwerking tussen HRM en wetenschappelijke staf, zodat de vitaliteitsprogramma’s (beter) onderbouwd en geëvalueerd worden.De leernetwerken hadden tot doel deelnemende universiteiten te ondersteunen bij de implementatie van interventies voor de verbetering van employability, SPP en vitaliteit. Per leernetwerk hebben de universiteiten interventies geïmplementeerd of geïntensiveerd. Uitgangspunt hierbij was dat universiteiten dit met een pionierende aanpak doen zonder centraal opgelegde aanpak, in een leernetwerk waarin ruimte was om met andere universiteiten ervaringen met het implementatieproces te delen en hierop te reflecteren.

Contains fulltext : 169548.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 464 p.

Contains fulltext : 126816.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) F. Fukuyama De oorsprong van onze politiek. Van de prehistorie tot de Verlichting Amsterdam:Contact ,2011 9789025432218

Dit artikel beschrijft resultaten van een onderzoek naar werkgebondenheid van huidaandoeningen die kunnen leiden tot arbeidsongeschiktheid. We analyseerden WAO-instroomgegevens en eindewachttijdgegevens uit 1998-2000 van het Lisv en vragenlijstgegevens van 564 werkenden die vanwege een huidaandoening in 1998-2000 een WAO/WAZ-uitkering kregen, of een jaar ziek waren (=WAO-instroom). We onderzochten WAO-instroom bij 46 bedrijfsklassen en het voorkomen van voor de huid belastende werkomstandigheden. Van de deelnemers gaf 44% aan dat het werk de huidaandoening veroorzaakte. Bij 16% was de huidaandoening niet werkgebonden, maar verergerde het werk de aandoening. Comorbiditeit was bij 48% mede reden voor arbeidsongeschiktheid.Van de deelnemers werkte 48%. De impact van de werkomstandigheden op werknemers met een werkgerelateerde huidaandoening is aanzienlijk: driekwart van de werkenden was van functie of beroep veranderd, en bij eenderde van de niet-werkenden was werkaanpassing niet mogelijk. Bij de aanpak van langdurig verzuim vanwege huidaandoeningen moet niet zelden rekening gehouden worden met comorbiditeit.

Contains fulltext : 140450.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 15 p.

Contains fulltext : 73796.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74270.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74187.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74205.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74193.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74241.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73814.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73837.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73741.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74056.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73931pub.pdf (Publisher’s version ) (Closed access) Contains fulltext : 73931.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73887.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74259.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73825.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74185.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73967.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74191.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 74039.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 73718.pdf (Publisher’s version ) (Open Access)

Contains fulltext : 127183.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 15 p.

Contains fulltext : 126693.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 7 p.

Contains fulltext : 93442.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 14 p.

Contains fulltext : 93484.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 23 p.

Contains fulltext : 93589.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 16 p.

Contains fulltext : 93177.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 3 p.

Contains fulltext : 85469.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 383 p.

Contains fulltext : 92734.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) 18 p.

Contains fulltext : 142855pub.pdf (Publisher’s version ) (Open Access) Themamiddag LOVCK 1 november 2010

In een longitudinaal onderzoek met drie jaarlijkse metingen onder 1.245 werknemers is nagegaan hoe verzuimbeleid en verzuimcultuur van invloed zijn op verzuim en arbeidstevredenheid. Ook is nagegaan of er omgekeerde effecten zijn van verzuim en arbeidstevredenheid op verzuimbeleid en verzuimcultuur. In het onderzoek kwam naar voren dat een actief verzuimbeleid leidde tot minder verzuim en tot een hogere arbeidstevredenheid in het jaar daarop. Bovendien verminderde actief verzuimbeleid een permissieve verzuimcultuur, waarin medewerkers zich gemakkelijk ziek melden. Verder bleek dat de verzuimcultuur geen invloed had op het verzuim, maar er was wel een omgekeerd effect: werknemers die verzuimden, ervoeren één jaar later een meer permissieve verzuimcultuur. Tenslotte bleek dat hoge arbeidstevredenheid leidde tot minder verzuim en tot een positiever oordeel over het verzuimbeleid. Deze bevindingen tonen aan dat een actief verzuimbeleid effectief is in het terugdringen van verzuim en het verhogen van de arbeidstevredenheid van werknemers, terwijl het een permissive verzuimcultuur tegengaat.